Noordzeekanaalgebied

Programma VAWOZ presenteert definitief onderzoeksplan

We gaan in Nederland in de toekomst steeds meer duurzame energie gebruiken. Het verduurzamen van onze energievoorziening vermindert de CO2-uitstoot en levert een grote bijdrage aan het doel om in Nederland in 2050 klimaatneutraal te zijn. Windenergie die Nederland op zee opwekt is heel belangrijk voor die verduurzaming. Deze elektriciteit wil de Rijksoverheid wanneer nodig ook omzetten in waterstof. Zo is altijd energie beschikbaar, ook wanneer het niet waait.

Windenergie van zee aan land brengen

De energie die wordt opgewekt op de Noordzee moet van de windparken in de vorm van elektriciteit en waterstof via stroomkabels en waterstofleidingen aan land komen. Deze kabels en leidingen sluiten daar aan op het landelijke elektriciteitsnet en het toekomstige waterstofnetwerk. Het Programma Verbindingen Aanlanding Wind Op Zee (VAWOZ) is een programma van het ministerie van Klimaat en Groene Groei en onderzoekt waar en hoe we dit tussen 2031 en 2040 het beste kunnen doen voor ongeveer 29 gigawatt aan windenergie.

Onderzoeksplan Programma VAWOZ

Het onderzoeksplan van Programma VAWOZ is het resultaat van verkenningen in het afgelopen jaar. Het programma zoekt in verschillende regio’s naar aanlandlocaties voor windenergie op zee en mogelijke routes voor gelijkstroomkabels en waterstofleidingen. Daarom zoekt het programma naar ruimte voor converterstations, die nodig zijn om de energie aan te sluiten op het hoogspanningsstation. Daarnaast zoekt het programma ook naar mogelijke locaties voor de bouw van elektrolysers. Dit zijn ‘waterstoffabrieken’ die op land met behulp van elektriciteit groene waterstof produceren.

Om dit te realiseren werkt het ministerie van Klimaat en Groene Groei samen met haar partners TenneT, Gasunie, Rijkswaterstaat en provincies. De verkenningen in de regio vond plaats in afstemming met met lokale belanghebbenden zoals de provincies, gemeenten en belangenorganisaties.

Indieners krijgen antwoord op hun reactie

Na publicatie van het concept-onderzoeksplan kon iedereen die dat wilde reageren op de plannen. Dit leverde in totaal 2.273 reacties op. In de nu gepubliceerde Nota van Antwoord staan de antwoorden op de reacties. Onderaan dit bericht staan reacties uit Noord-Holland. De reacties die erg op elkaar lijken krijgen één antwoord. Een aantal reacties leidt ook tot aanpassingen in het definitieve onderzoeksplan (ten opzichte van het conceptplan). Waar dit het geval is, staat aangegeven bij de reacties in de Nota van Antwoord. Ook verschijnt nu het definitieve onderzoeksplan, de zogeheten Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD).

Verder met het onderzoek

Het onderzoek, waarvoor nu het definitieve plan verschijnt, heet officieel de Integrale Effectenanalyse (IEA). De Plan-Milieueffectrapportage (Plan-MER) is hier onderdeel van. Het onderzoek bestaat uit 2 rondes. De 2e ronde is een verdieping op de resultaten van de 1e ronde en duurt naar verwachting tot medio 2025. Hierin neemt het programma de inhoud uit de Nota van Antwoord mee.

De Integrale Effectenanalyse onderzoekt de effecten van alle routes en locaties op verschillende onderdelen. Denk bijvoorbeeld aan de impact op het milieu, technische haalbaarheid, of de elektriciteit op een bepaalde locatie op het hoogspanningsnet past en wat de gevolgen voor de ruimte in de omgeving zijn. Dit doet het programma ook weer samen met haar partners, zoals TenneT, Gasunie, Rijkswaterstaat, provincies, gemeenten en maatschappelijke belangenorganisaties. Waarschijnlijk liggen de resultaten van deze onderzoeken in het 1e kwartaal van 2026 ter inzage.

Meer informatie: