Algemeen Directeur van Zeehaven IJmuiden N.V., Peter van de Meerakker (61) werkt al sinds 2001 bij het bedrijf en sinds 2005 in zijn huidige functie. Daarnaast is hij als bestuurslid al lange tijd betrokken bij het regionale samenwerkingsverband in het Noordzeekanaalgebied. Hoe kijkt hij naar de energietransitie en de toekomst van de haven?
Trots geeft Peter van de Meerakker een rondleiding op het nieuwe kantoor van Zeehaven IJmuiden, met uitzicht op de haven, vol scheepvaartverkeer. “Alle afdelingen zitten nu op dezelfde vloer, dat we dicht bij elkaar zitten zorgt voor een nog betere interactie. De lijntjes zijn een stuk korter dan in het vorige pand met drie verdiepingen.” Hij werkt al sinds 2001 bij het bedrijf, maar krijgt na al die jaren nog altijd veel energie van zijn werk. “Dat komt onder meer doordat dit gebied voortdurend in verandering is, geen dag is hetzelfde.”
Peter van de Meerakker in de IJmondhaven. Foto Joanne de Lijster.
Nieuwe rol
Toen hij in 2005 startte als algemeen directeur, trof hij een verouderde, wat verweesde haven aan, met veel achterstallig onderhoud. Het gebied heeft Van de Meerakker, samen met zijn team, weten om te vormen naar een moderne en dynamische haven, gericht op de toekomst. Inmiddels staat de IJmondhaven zelfs in het hart van de energietransitie, aldus Van de Meerakker.
Hij zag tijdig in dat de haven een nieuwe rol zou gaan spelen in de ontwikkeling van de windparken op zee, die voor nieuwe bedrijvigheid in het gebied zorgen en voor een stroom van offshore supply schepen, die mens en materieel transporteren vanuit de IJmondhaven naar de windmolenparken op zee en vice versa.
“Met onze infrastructuur leveren we een bijdrage aan de verschillende transities waar de samenleving nu voor staat. Zoals de verduurzaming van de visserij, door middel van het leveren van walstroom, zodat de schepen geen schadelijke stoffen als CO2, NOX en stikstof meer uitstoten wanneer zij in de haven verblijven; hier zijn we zes jaar geleden mee gestart en afgelopen zomer is de laatste kade van walstroom voorzien.”
Onderhoud en onderzoek
Daarnaast levert de zeehaven een belangrijke bijdrage aan de energietransitie van fossiele brandstoffen naar groene energie: “Dat doen we door het faciliteren van het onderhoud van de windmolenparken op de Noordzee. We zetten onze infrastructuur in voor de bedrijven in die sector en bieden veilige ligplaatsen voor de onderhoudsschepen van de windparken. Ook hebben we onderhoudsgebouwen gerealiseerd voor de bedrijven Vestas, Siemens, Eneco, Vattenfall, TenneT en Shell. Daarnaast bieden we ruimte voor onderzoek voor de realisatie van de windparken, onder andere naar de zeebodem, uitgevoerd door Fugro in opdracht van de Rijksoverheid. Ook komen er om de twee weken veel offshore supply vessels onze haven binnen, dit zijn schepen met een bemanning van tachtig mensen, die twee weken verblijven in een windmolenpark om de windmolen turbines te installeren. Al dit nieuwe scheepvaartverkeer accommoderen wij.”
Windcat Workboats in de IJmondhaven die personeel naar de offshore windparken op de Noordzee vervoeren. Foto Joanne de Lijster.
Beperkte ruimte
De laatste jaren is het veel drukker geworden in de haven en de ruimte is beperkt. Dit ruimte vraagstuk is momenteel de grootste uitdaging in zijn werk, zegt Van de Meerakker. Het ruimtegebrek wordt inzichtelijk wanneer hij een luchtfoto van het havengebied laat zien. Hij wijst daarop het Averijhaven Bassin aan, aan de overzijde van de IJmondhaven. “Op deze plek willen we, samen met Port of Amsterdam, de gemeente Velsen, Provincie Noord-Holland en Tata Steel, de Energiehaven gaan realiseren. Het moet dé uitvalsbasis worden voor de bouw van windparken die de komende jaren op de Noordzee worden gerealiseerd en zal een belangrijke bijdrage leveren aan de energietransitie en de verduurzaming van het Noordzeekanaalgebied.” Alleen op die manier is het doel van de Rijksoverheid van een transitie naar 70 GW groene energie in 2050 haalbaar, stelt Van de Meerakker: “Daar zijn wij als havengemeenschap al jaren van doordrongen, maar nu wordt iedereen wakker.”
Uitbreiding
De samenwerking met de verschillende partijen in het Noordzeekanaalgebied ervaart hij als goed, hoewel het proces wat hem zeker een stuk sneller zou mogen gaan: “Het werkt mee dat de Rijksoverheid nu ook de urgentie, het nut en de noodzaak inziet van een spoedige totstandkoming van de Energiehaven. Als je de windenergie van alle gerealiseerde windmolenparken in Nederland bij elkaar optelt kom je nu op zo’n 6 GW uit, daar moet de komende jaren vóór 2030 nog 15 GW bij, dat betekent dat er nog een gigantische uitbreiding tot stand moet komen. Er is kortom nog een lange weg te gaan. Ik heb daar geen slapeloze nachten van, maar het is zeker wel een pittige uitdaging om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen, zodat we er echt mee van start kunnen gaan.”
Groeiende markt
Alle betrokken partijen in het Noordzeekanaalgebied moeten zich realiseren hoe belangrijk de bijdrage van de haven is voor de energietransitie, benadrukt Van de Meerakker: “Zonder de havens is die transitie niet mogelijk. Ook de waterstofproductie is straks afhankelijk van onze infrastructuur. Het zou helpen als we als samenleving niet alleen kijken naar de lasten, maar ook naar de lusten die de haven met haar bijdrage kan bieden aan een breder welvaartsbegrip.”
Wat de IJmondhaven het Bestuursplatform NZKG te bieden heeft? “Wij signaleren als haven tijdig waar het bedrijfsleven in de voedsel- en de energiesector behoefte aan heeft. Jaren geleden hebben we al aangegeven dat de groeiende markt van de energietransitie zit te springen om de Energiehaven. Dat we dit als haven op tijd hebben ingezien, daar ben ik zeker wel trots op, maar voor de uitbreiding van vijftien hectare voor de toekomstige Energiehaven hebben we de steun van de Rijksoverheid écht nodig.”
Het persoonlijke verhaal van Peter van de Meerakker is opgehaald door Sara Luijters.
- Vorige
Overzicht
Volgende